BLOG / Proefles
Ik word wakker van het klagelijke gemauw van de poes en draai me nog eens om: heerlijk, een vrije dag! Maar dan dringt tot me door dat ik over een uur mijn eerste rijles heb.
Een tijdje terug schreef ik al over mijn voornemen om nu écht het roze papiertje binnen te gaan halen.Daarna zakte het idee echter weer weg, naar het veilige verdomhoekje van mijn hersenen. Helaas was er in de hersenen van anderen inmiddels juist een hardnekkig zaadje geplant: A. vroeg mij vanaf dat moment zo’n twee keer per week of ik al een rijschool had gebeld. En toen dat geen effect had, besloot hij blijkbaar dat het tijd was voor grover geschut.
Want ineens begint ook vriend M. per Whatsapp semi-casual te informeren naar mijn rij-ontwikkelingen. Héél toevallig is hij de dag ervoor op pad geweest met A., waardoor ik deze samenzwering onmiddellijk in de gaten heb. Toch laat ik me door hem ompraten (dat hebben meesters in de Rechten in vijf appjes voor elkaar), en voor ik het weet heb ik een rijles geprikt voor een late donderdagmiddag. Die ik vervolgens weer verzet, omdat A. opmerkt dat het tegen die tijd schemerig én spits is. “Maar je verzet hem wél binnen deze week, en niet verder weg dan dat!!!” roept A. nog streng, terwijl ik een uitgebreid betoog aan de instructeur aan het opstellen ben.
Wanneer op de ochtend van de les de bel gaat, moet ik bijna huilen. IK WIL NIET MEER! IK GA NIET MEER! Toch doe ik de deur open, waarna de vriendelijke bruine ogen van de rij-instructeur, M., me tegemoet lachen. “Zo, waat ziet jij aallemaal te stressen, met je scheemer en je iek ben al bijna drieëndertig…!” Als een mak lammetje loop ik achter hem aan naar de lesauto, richting de rechterdeur. M. lacht en wijst naar de linkerkant van de auto. “Jij maag vaandaag aan die andere kant gaan zietten!” Ik moet nog steeds bijna huilen, maar ik moet nu ook wel een beetje lachen.
In de auto begint M. een geduldige monoloog over richtingaanwijzers, pedalen en de versnellingspook. Even voel ik de paniek toeslaan, dan trekt de mist in mijn hoofd langzaam weg. M. heeft een aanstekelijke oase van rust om zich heen hangen. Alsof er vandaag niets anders hoeft te gebeuren dan deze les, of nou ja, hij moet wel op tijd thuis zijn voor het vrijdaggebed. Ik schakel zowaar tot de derde versnelling en geen enkele Utrechtse verkeersdeelnemer raakt gewond gedurende mijn lesuur. Stiekem is het zelfs best grappig, dat sturen, en dat gezellige tikken van die richtingaanwijzer.
Na de les pak ik de bus en trein naar de verjaardag van mijn moeder. In de bus sta ik als een haring in een ton allerlei obscure mensenluchten op te snuiven. Vervolgens moet ik de hele treinrit luisteren naar een pubermeisje dat op megafoonvolume seksueel getinte moppen voorleest, om zo indruk te maken op de puberjongen naast haar, terwijl een ander grietje denkt dat haar telefonische gesprekspartner alleen snapt dat het feest van Bas echt supermegadikvet was, wanneer ze dat in haar headset schrééuwt.
Ik kijk om me heen en ineens voel ik me opgetogen. Wacht maar allemaal, denk ik. Straks hoef ik jullie gebazel niet meer aan te horen. Want dan luister ik lekker naar Abba’s Greatest Hits, terwijl ik over de snelweg scheur!
Bron afbeelding: www.compfight.com